De patronen en kleuren van olijfslakken kunnen binnen eenzelfde soort enorm variëren. Dit maakt het vaak lastig om een specifieke schelp te determineren. Olijfslakken hebben allemaal, net als de Cypraea, een dikke glanzende email laag, deze wordt door de twee flappen van de mantel van de slak die de schelp tijdens zijn leven omhullen, afgescheiden. De hier afgebeelde Oliva miniacea kent ook veel exemplaren met een licht gevlekte tekening. Deze specifieke variëteit uit de Filipijnen is zo donker als ebbenhout en lijkt meer op een dadel dan een olijf. Zoals alle Olijfslakken heeft ze een lange brede mondopening en een korte top met een gegroefde sutuur. Ze zijn veelvoorkomende carnivoren die in tropische zeeën in het zand leven. Het zijn de snelst bekende gravers van alle slakken. Ze foerageren ’s nachts en leven van visresten, vlees van schelpdieren en kleine krabben. Overdag verbergen ze zich onder het zand. Net als de Muricidae scheiden ze een slijm uit waarvan men een paarse kleurstof kan maken.
Geen reacties
Reageer: