Weblog

Het kinderlokkersbord

Wednesday, 6 March 2024

voetgangersborden nederlandIets oudere mensen kennen het misschien nog wel, het zogenaamde kinderlokkersbord. Dat oude “voetgangersbord” waarop een klein meisje aan de hand wordt meegenomen door een volwassen man. Het bleek dat veel mensen zelfs dachten dat dit bord voor kinderlokkers waarschuwde. Hoewel het bord in latere jaren door een zogenaamde gender-neutrale variant werd vervangen, bleef het een afbeelding van een kind dat door een volwassene werd geleid. Ook in andere landen zoals Duitsland en Italië, speelde deze verwarring bij oude voetgangersborden, blijkbaar had men overal het idee dat een kind of volwassene alleen ergens niks had te zoeken en dat men alleen  bij de combinatie ervan aan voetgangers zou denken.          

 

voetgangersbord tsjechie 7-2023 205924Toch kwam volgens mij die associatie helemaal niet vanwege het feit dat er een volwassen man met en klein meisje op stonden, maar omdat het leek alsof die volwassene dat meisje met zich mee sleurde. In Tsjechië kwam ik een voetgangersbord tegen dat dit gevoel niet gaf, hier leek het meisje de man juist mee te nemen. Het kinderlokkersgevoel was daarmee gelijk verdwenen. Zo zie je maar weer hoe belangrijk het is wie er voorop loopt.

 

Lees ook: Verkeers(borden)chaos.

Opgezette apen (19)

Monday, 26 February 2024

manchester museum 9-2023 8773-narodni praag 7-2023 9024manchester museum 9-2023 8770-museo di zoologica bologna 8-2022 4526-naturhistorisches museum basel 8-2022 4921-

Klik hier voor meer foto's van opgezette apen.

Kaskaardespin (Uloborus plumipes)

Monday, 26 February 2024

kaskaardespin (uloborus plumipes) 2-2024 0191Dit kleine spinnetje vind je in Nederland eigenlijk alleen in verwarmde plantenkassen. Ze weven daar hun wielwebjes tussen de planten en cactussen. Kwekers zijn er blij mee want ze helpen ze van ongedierte zoals witte vliegjes af. De kaskaardespin is om meerdere redenen bijzonder, zo heeft ze bijvoorbeeld geen gif en gebruikt ze geen lijm op het web om prooien mee te vangen.

 

kaskaardespin (uloborus plumipes) 2-2024 0179kaskaardespin (uloborus plumipes) 2-2024 0177Deze spinnetjes worden slechts zo'n 3 tot 6 mm groot. Als ze met hun poten tegen elkaar ondersteboven en roerloos in hun web hangen, zijn ze niet te onderscheiden van een stukje hout of schors. Het hele web ziet er daardoor vaak uit als een oud verlaten webje waar wat rommel in is blijven hangen.

 

kaskaardespin (uloborus plumipes) 2-2024 0190kaskaardespin (uloborus plumipes) 2-2024 0200Wielwebkaardespinnen zijn onze enige inheemse spinnen die geen gifklieren hebben. Daarnaast bezitten ze een cribellum ("zeefplaat"), een uniek zijdeorgaan dat andere spinnensoorten niet bezitten. Dit cribellum bestaat uit een of twee plaatjes die volledig zijn bedekt met minuscule spintepels. Het zijde dat uit deze organen komt, wordt door de spin met gespecialiseerde haren aan hun achterpoot (calamistrum) bij elkaar tot een dunne draad met een wollige structuur gekamd. Tijdens dit kammen, trekt de spin aan deze draad waardoor er regelmatig gespatieerde wolachtige pluisjes aan komen, die elektrostatisch zijn geladen. Net zoals een ballon, die je over wol wrijft, statisch wordt en ergens aan blijft kleven, komen kleine insecten op deze manier in hun web vast te zitten. Kaskaardespinnen maken een, zelfs voor spinnen uitzonderlijk dunne draad, van slechts enkele nanometers dik. De meeste webben van spinnen meet men in micrometers, wat die van de kaskaardespin dus zo’n duizend maal dunner maakt. Deze uitzonderlijk dunne draden zijn zo klein dat zelfs het allerkleinste insectenpootje erin verstrikt raakt, in combinatie met de elektrostatische lading van de zijdedraden zorgt dit ervoor dat hun prooidiertjes aan het web blijven "kleven".

 

Uloborus vertaalt zich als dodelijke beet en plumipes als gevederde voeten.

 

Lees ook: Muurkaardespin (Amaurobius similis), Driehoekswebspin (Hypiotes paradoxus) en Grote kaardespin (Amaurobius ferox).

Flexa Chocolate Milkvlek

Wednesday, 21 February 2024

verfvlek 2-2024 083403Dit is dus geen kunstwerk van Tápies of Dubuffet, maar niets meer dan een opgedroogde vlek verf. Bij het weghalen van een oude stelling met potten verf kwam dit toevallige kunstwerk naar voren. In deze gebarsten plak verf zit behalve een demovelletje van Flexa Creations verf ook nog allerlei andere losse rommel vastgeplakt. Kunstenaars zoals Tápies, Dubuffet, Noël en Christo mengden halverwege de vorige eeuw allerlei materialen, zoals zand, kalk of aarde, door hun verf om deze daarna met een spatel of hun handen op het doek te smeren. Hierdoor voegden ze een extra dimensie toe aan hun schilderijen.

Ik denk zo dat zij dit "werkstuk" wel zouden kunnen waarderen.

 

Lees ook: De achterkant van de dingen, Onbedoeld abstract expressionisme, Rijp en neuronen en Pareidolie in het riet.

Jonge chimpansee met tomaat (Pan troglodytes)

Wednesday, 21 February 2024

chimpansee (pan troglodytes) 10-2023 9030Bij De Beekse Bergen liep deze jonge chimpansee tijdens het voeren zo snel hij kon weg met een enorme tomaat. Als de dood dat iemand hem zou afpakken klom hij in een stelling en keek hij steels om zich heen.

 

chimpansee (pan troglodytes) 10-2023 8998chimpansee (pan troglodytes) 10-2023 9028Lees ook: Mensaap portretten, Aapjes kijken (Pan troglodytes) 1, 2 en 3 en Chimpansee Gert-Jan van de Beekse Bergen.

Zelfgemaakt mes no. 25 (Ockham)

Tuesday, 13 February 2024

zgm 25 ockham 2-2024 0154Gedurende het hele ontwerp- en maakproces heeft dit mes me tegengewerkt. Het duurde een eeuwigheid voor ik de lijnen en verhoudingen van dit mes goed had. Het was tevens de eerste keer dat ik een bloedgleuf in het ontwerp opnam en om het mezelf moeilijk te maken koos ik in plaats van een rechte ook nog voor een licht gekromde, die de rug van het mes volgde. Daarnaast wilde ik het handvat een museum-pasvorm geven, wat er weer voor zorgde dat ik het niet in één keer samen met de krop (guard) kon vormen.

 

zgm 25 ockham 2-2024 0147zgm 25 ockham 2-2024 0150zgm 25 ockham 2-2024 0158zgm 25 ockham 2-2024 0159Het lemmet is uit D-2 staal, een taaie staalsoort waar ik voldoende ervaring mee heb. Ik had echter nog nooit eerder meegemaakt dat er enkele insluitingen in het staal zaten, het heeft me veel kopzorgen gegeven om deze er zo uit te slijpen dat het ontwerp en de constructie van het mes er niet onder leden. Nadat ik het profiel uit het staal had geslepen, begon ik als eerste aan de bloedgroef. Omdat ik deze gekromd had ontworpen, kon ik het mes daarvoor niet gewoon recht langs de slijpmachine halen, maar moest ik hem met de hand slijpen. Dat maakte het extra moeilijk om beide krommingen gelijk en de aanzetten van de groeven mooi rond te krijgen. Het vormen van de snijvlakken was ook complexer dan normaal. Omdat ik het lemmet een forse buik had gegeven en ik wilde dat de snijvlakken ook daar tot aan de bloedgeul liepen, moest ik de hoek van het snijvlak over de lengte van het mes aanpassen. Vlak bij de krop, waar het snijvlak minder hoog loopt, is de snijhoek schuiner, naar de buik van het lemmet wordt deze steeds vlakker en wordt de snijhoek dus kleiner, terwijl hij naar de punt van het mes weer schuiner komt te staan. Het gevolg is dat het snijvlak een mooie zachte golving over het mes heeft en gelijk loopt met de groef, terwijl de mespunt zelf niet te dun wordt. Het lemmet heeft, net als de krop, een lichte knik in zijn rug en de valse snede begint daar net iets voor. De aanzethoeken van de valse snede, de snijvlakken bij de ricasso en de holtes in de krop zijn allemaal herhalingen van halve of kwart cirkels die in verschillende groottes achter elkaar liggen.

 

De krop met de vingergroef heeft aan de voorkant een kleine knik en aan beide zijkanten een uitgeslepen holte die de overgang van de krop naar het lemmet minder abrupt maakt. Als je de lijnen langs de buitenkant van de krop en de hiel van het lemmet naar boven volgt, vormen deze samen een scherpe driehoek en komt de punt precies uit waar de voorkant van de krop in het lemmet overgaat. Omdat ik een zogenaamde museum-pasvorm voor het handvat wilde, moest ik de krop los van het handvat vormen, en dus heel goed in de gaten houden dat de vorm en vlakken daarvan zouden aansluiten bij die van het handvat. De krop loopt zijwaarts van voor naar achteren lichtjes uit.

 

zgm 25 ockham 2-2024 0133zgm 25 ockham 2-2024 0136Voor het handvat had ik oorspronkelijk een prachtig stuk gekleurd en gestabiliseerd eiken met een complexe nervenstructuur gekocht, maar dat bleek zo hard dat de boor waarmee ik het gat voor de angel boorde, verboog en aan de rug van het handvat naar buiten schoot. Dit gat zorgde ervoor dat ik mijn ontwerp moest herzien en opnieuw moest beginnen. Hoewel ik nog wel wat andere stukken gestabiliseerd hout had liggen, waren die allemaal net iets te klein. Als ik die zou gebruiken zou ik de snavel of haan achteraan het handvat moeten weglaten, wat de hele vorm van het mes zou aantasten. Ik besloot uiteindelijk om het nieuwe handvat uit een stuk zebrahout te maken. Dit hout is hard en dradig en laat zich soms wat moeilijk vormen, maar het heeft wel een fraaie tekening en is heel stevig. Je kunt het vaak het beste met handgereedschap vormen, want het heeft de neiging om op een slijpmachine snel te verbranden of te verkleuren. Het handvat moest los van de krop worden gevormd, er perfect op passen maar bij de aansluiting rondom wel net een millimeter groter zijn. Dit kon alleen als het gat voor de angel precies paste, zodat ik het handvat telkens als ik er aan werkte, er steeds op dezelfde plaats op kon schuiven en het niet verschoof. Dit zorgde er ook voor dat ik steeds maar hele kleine stukjes kon wegvijlen en continu moest blijven passen.

 

zgm 25 ockham 2-2024 0138zgm 25 ockham 2-2024 0141Zelfs als je een houten handvat goed afwerkt, blijft het gevoelig voor vochtopname of uitdroging. Om die reden werden houten handvaten op luxe messen vroeger net iets groter gemaakt en werd de overgang naar de krop lichtjes afgerond. Als het hout dan na verloop van tijd toch zou krimpen of uitzetten, konden er geen scherpe randen tussen het ijzer en het hout ontstaan. Zoiets noemt men een erfenis- of museum-pasvorm. Het handvat loopt vanaf de krop eerst een klein stukje bol en kromt zich dan naar achteren toe, zodat het handvat van boven af bezien mooi taps afloopt. Het is met Tungolie en Renaissance-was afgewerkt.

 

Oorspronkelijk had ik bij dit mes nog siervijlwerk en gefacetteerde messing spacers ontworpen. Ook speelde ik nog even met het idee om voor het handvat een prachtig en opvallend blauw met geel geverfd stuk gestabiliseerd hout te gebruiken. Maar uiteindelijk heb ik al die opsmuk en versiersels laten vallen en gekozen voor een relatief kaal mes, in de hoop dat er niets overbodigs is dat van de lijnen en verhoudingen kan afleiden die voor mij dit mes zijn waarde geven.

 

Het hele proces was een worsteling, maar ik ben wel heel tevreden met het resultaat. Het is een geweldig mes geworden dat niet alleen erg prettig vasthoudt maar ook uitzonderlijk scherp is. Vanwege het lastige ontwerp- en maakproces, waarin ik steeds allerlei overbodige versiersels uit het ontwerp moest wegsnijden om tot de kern van het ontwerp te komen, heb ik het vernoemd naar Willem van Ockham, de beroemde 14e-eeuwse nominalist die beroemd is om zijn “lex parsimoniae”, zijn wet van spaarzaamheid.

 

Het lemmet is 6,3 mm dik, op zijn breedste punt 5,7 cm hoog en 21 cm lang. Het handvat is op zijn breedste punt 2 cm dik en het hele mes is 34 cm lang en weegt 427 gram.

 

Klik hier voor meer foto’s van zelfgemaakt mes no. 25 (Ockham) en hier voor meer foto’s van andere zelfgemaakte messen.

Lees ook: Ockhams scheermes, Zelfgemaakt mes no. 24 (Baleen), Zelfgemaakt mes no. 2 versie 2.

Verblind door snelheid: Basterdzandloopkever (Cicindela hybrida)

Sunday, 17 December 2023

basterdzandloopkever (cicindela hybrida) 8-2009 5937Eén van de snelste dieren op aarde, rent zo snel dat hij niets kan zien. Een zandloopklever trekt sprintjes van ruim 2,5 meter per seconde. Dat lijkt niet veel maar in verhouding tot zijn lichaamslengte van amper 1 a 2 cm, zou een mens daarvoor bijna de snelheid van het geluid moeten halen. Zandloopkevers hebben overigens uitstekend zicht, ze jagen overdag en zijn in staat om met hun grote facetogen de kleinste details waar te nemen. Het probleem is echter dat hun ogen tijdens extreem grote snelheden niet genoeg licht kunnen vangen om een goed beeld te vormen, de wereld wordt dan één waas. Mensen ervaren in beperkte mate hetzelfde als zij snel bewegen. Als je erg hard rijdt, kun je snelheidsblind worden, je ziet dan steeds minder van de omgeving en je krijgt tunnelvisie. Als je snelheid te hoog wordt, kunnen je ogen het niet meer bijbenen en zijn je hersenen niet in staat om alle beeldinformatie te verwerken, je bent dan dus praktisch blind.   

 

basterdzandloopkever (cicindela hybrida) 8-2008 2444basterdzandloopkever (cicindela hybrida) 6-2008 1213De zandloopkever lost dit probleem op twee eenvoudige manieren op. Ten eerste beweegt hij zo snel dat hij na een felle sprint gerust even een milliseconde kan stoppen om zich opnieuw te oriënteren en ten tweede gebruikt hij tijdens zijn sprintjes zijn antennes als blindenstokken.

 

Zandloopkevers jagen, zoals hun naam al aangeeft, graag op het open zand. Je ziet ze daar in de zon korte razendsnelle sprintjes trekken. Ze rennen een klein stukje, stoppen heel kort en schieten meteen weer weg. Soms zie je ze tijdens zo’n stop ook nog even een rondje op de plaats draaien om zich opnieuw te oriënteren. Tijdens hun jacht over het zand houden ze hun antennes recht naar voren, met de uiteinden iets naar beneden gebogen en slechts een paar millimeter boven de grond. Als ze tijdens hun sprint iets raken, buigen de flexibele uiteindes mee en duwt de kever zich meteen een beetje omhoog zodat hij over het obstakel heen schiet.

 

basterdzandloopkever (cicindela hybrida) 5-2023 7922Deze mooi gekleurde loopkevers zijn niet alleen schuw en snel, ze kunnen ook nog eens goed vliegen. Als je ze als fotograaf probeert te benaderen, vliegen ze vrijwel meteen weg. De enige manier die ik heb kunnen bedenken waarop ze nog enigszins goed zijn te fotograferen is min of meer van achteren. Als je ze vanaf een afstandje met de zon in je rug benadert, komt er een moment dat ze in je schaduw staan. Als je dan langzaam door je knieën zakt, ervoor zorgt dat ze de hele tijd in je schaduw blijven staan en je voorkomt dat je silhouet teveel van vorm verandert, kun je heel langzaam dichterbij komen. Voor een redelijk foto betekent dit dat je ze minimaal tot op een paar decimeter voor je lens moet zien te naderen. In veel gevallen vliegen ze op het laatste moment toch nog weg, om daarna net buiten bereik van je lens weer te landen. Het vraagt dus nogal wat geduld voor je er eentje goed in beeld hebt.

 

basterdzandloopkever (cicindela hybrida) 5-2023 7931In Nederland komen de basterdzandloopkever en de groene zandloopkever het meeste voor. De eerste is roodbruin tot paars met witgele vlekken, de tweede felgroen met witte vlekken. Beide hebben lange slanke poten, grote bolvormige ogen, een grote lichte bovenlip en twee forse sikkelvormige kaken. Hun lichaam heeft een metallieke iriserende glans, die wordt veroorzaakt door een dun laagje was op hun dekschilden. Afhankelijk van de breking van het licht kan deze voor een groene, blauwe tot rood paarse zweem zorgen.

 

De afgebeelde basterdzandloopkevers (Cicindela hybrida) zijn gefotografeerd op het Leersumse veld en bij de Loonse en Drunense Duinen, waar je ze op zonnige zomerdagen soms over het zand ziet schieten.

 

Lees ook: Paarse loopkever, Violette schallebijter en Korrelschallebijter, Kettingschallebijter (Carabus granulatus), Gewone oeverloopkever (Elaphrus riparius), Kleine poppenrover (Calosoma inquisitor), Het mosgroene oog (Crocodylus niloticus) en Spinnenogen.

Mensaap portretten

Thursday, 14 December 2023

gorilla (gorilla gorilla) 4-2022 2129-3Het maken van een fotoserie is bij mij nooit een vooropgezet plan. Het begint altijd met een eerste foto, eentje die me fascineert en stimuleert om er nog zo één te maken. Voor ik het weet maak ik dan onbewust nog een derde en vierde. Ergens slaat er dan iets om en ga ik bewust op zoek naar een volgende foto die dezelfde lading dekt als de voorgaande en voor ik het weet is het begin van een hele reeks geboren. Zo is het ook bij deze foto’s gegaan. In 2021 maakte ik mijn eerste mensaap portret van Nassibu in Diergaarde Blijdorp, iets later in 2022 van gorilla Komale in De Beekse Bergen, waarna er nog een aantal portretten van chimpansees van dezelfde locatie volgden. Afgelopen week ben ik er bewust op uitgetrokken om bij Ouwehands Dierenpark wat foto’s van orang-oetans te maken en moet ik nu dus toegeven dat ik wederom aan een nieuwe reeks foto’s ben begonnen, mijn mensaap portretten. Ik heb dus weer een nieuwe fotogalerij aan mijn site toegevoegd, ik ben benieuwd hoeveel foto’s daar nog in gaan komen.

 

Klik hier voor de fotomap met mensaap portretten.

 

Lees ook: Flossende orang-oetan (Pongo pygmaeus), Piku de orang-oetan en Opgezette apen in musea.

Flossende orang-outan (Pongo pygmaeus)

Thursday, 14 December 2023

orang-oetan (pongo pygmaeus) 12-2023 9771orang-oetan (pongo pygmaeus) 12-2023 9526orang-oetan (pongo pygmaeus) 12-2023 9553orang-oetan (pongo pygmaeus) 12-2023 9486orang-oetan (pongo pygmaeus) 12-2023 9791Van alle mensapen vind ik orang-oetans het fascinerendst. Deze “bos-mensen” zijn minstens zo intelligent als de andere mensapen maar hebben toch een zichtbaar ander karakter dan bonobo’s, gorilla’s of chimpansees. Misschien lees ik teveel in hun blik en antropomorfiseer ik hun gedrag, maar op mij komen ze heel beschouwend, onderzoekend en beredenerend over. Van alle primaten zijn de orang-oetans ook het meest op zichzelf, ze lijken me minder overheerst door hun emoties dan de chimpansees en minder afhankelijk van conventies dan de gorilla’s.

 

Deze foto’s zijn allemaal in Ouwehands dierenpark gemaakt, daar leeft in gevangenschap een kleine familie Borneose orang-oetans. Toen ik er was, werden ze net gevoerd, in alle rust verzamelden ze hun voedsel om het daarna ergens in een hoekje bijna mechanisch op te eten. Het grote mannetje trok, toen hij zag dat ik foto’s van hem wilde maken, een grote cementzak over zich heen. Af en toe tilde hij hem een beetje op om me in de gaten te houden, maar zodra ik me naar hem toekeerde, liet hij de zak gelijk weer zakken. Het jonkie was minder schuchter, hij installeerde zich bij de ruit en bouwde daar uit stro een kleine hut. Terwijl hij de bezoekers ontspannen in de gaten hield, begon hij daar in alle rust te eten. Toen hij klaar was, speelde hij nog even met een grote lap stof, waar een lange draad aan hing. Hij bewoog deze op en neer langs zijn gezicht en tanden, bijna alsof hij floste.

 

Lees ook: Piku de orang-oetan, Aapjes kijken 1, 2 en 3, Gorilla Nasibu (Gorilla gorilla gorilla), Gorilla Komale en spierkracht, mensaap versus mens, Chimpansee Gert-Jan van de Beekse Bergen, Caesar en Lucy, oogwit en antropomorfismen, Frémiet: Orang-oetan wurgt een wilde uit Borneo en Wilde dierenknuffels.

Zelfgemaakte knuppel no. 3 (Femur)

Monday, 13 November 2023

ZGK 3 (femur) 11-2023 9349Sinds mijn eerste twee zelfgemaakte knuppels ben ik in het bos een stuk alerter op de vormen van takken. Als ik een tak voor een knuppel uitkies, probeer ik er op te letten dat  ik zo min mogelijk aan de vorm hoef aan te passen om er een bruikbare knuppel van te maken. Ik vind het mooi als je de oorspronkelijke vorm nog goed in het uiteindelijke werkstuk terug kan zien. Deze derde knuppel is van een kromme beukentak gemaakt, waarbij ik zo min mogelijk van het hout heb weggehaald. Hierdoor kun je nog goed het kleurverschil tussen het lichtere spint- en het donkerdere kernhout zien.

 

ZGK 3 (femur) 11-2023 9322ZGK 3 (femur) 11-2023 9323ZGK 3 (femur) 11-2023 9346ZGK 3 (femur) 11-2023 9343Deze knuppel heb ik ook weer met de hand met een schaaf, mes en schuurpapier in vorm gebracht. Naarmate ik meer hout verwijderde, kreeg ik de vorm die ik zocht steeds beter voor ogen. De tak deed mij denken aan een dijbeenbot (femur) en bij het snijwerk heb ik me ook laten inspireren door de wrangka, de bewerkte bovenkant van de schede van een Indonesische kris. De zijkanten van de knuppel zijn nagenoeg vlak en hebben slechts een kleine kromming, de smallere voor en achterkant hebben een aantal groeven waardoor het lijkt alsof er een dikker stuk tussen de zijkanten is ingeklemd, dat er bij de kop en achterkant gedeeltelijk uit tevoorschijn komt. Ongeveer zoals bladeren, vruchtpeulen of bloemen vanuit hun bladschede groeien. De kop van de knuppel is het dikst en de kromming aan het uiteinde zorgt ervoor dat het contactvlak, als ermee wordt geslagen, minimaal is. Dit zorgt ervoor dat er bij een klap de maximale kracht op een zo’n klein mogelijk oppervlak wordt overgebracht. De knuppel is licht en snel en voelt vanwege zijn organische vorm heel prettig aan. Dankzij de fijne nerf kun je beukenhout heel glad afwerken en als je het hout daarna met een gladde steen opwrijft, krijgt het een mooie zachte glans.

 

ZGK 3 (femur) 11-2023 9338ZGK 3 (femur) 11-2023 9340Deze knuppel is alleen met wat tungolie afgewerkt, waardoor de warme kleuren van het beukenhout en het contrast tussen het spint- en kernhout goed tot zijn recht komen. De knuppel weegt slechts 570 gram, en is van kop tot eind 57 cm lang. De voet is 17,5 cm lang en 3 cm dik, terwijl de steel vanaf de hiel bemeten 45 cm lang is.

 

Een dijbeenbot is het grootste en sterkste bot in het lichaam van een mens, het kan tot dertig maal het lichaamsgewicht dragen. Vanwege hun stevigheid en de vorm met bolle kop aan het uiteinde kunnen dijbeenbotten heel goed als slagwapens dienen. In de beroemde openingsscene van 2001 a Space Odyssey, één van mijn favoriete films aller tijden, gebruikt een proto-homonid een dijbeenbot als knuppel. Deze ontdekking van het bot als wapen luidde in de film het begin van de menselijke evolutie in.

 

Ik heb nu een knuppel van wilgen-, eiken- en beukenhout gemaakt. Als er ooit nog een knuppel komt, probeer ik daar weer een andere houtsoort voor te kiezen.

 

Klik hier voor meer foto’s van deze knuppel.

 

Lees ook Zelfgemaakte knuppel no. 1 (Ongwe Hongwe) en Zelfgemaakte knuppel no. 2 (Baculum).