Toen deze slak nog leefde was zijn schelp geelwit tot bruin en werd het door een dik bruin periostracum bedekt. Dit periostracum is een soort van opperhuid uit conchioline die om de schelp heen groeit en hem beschermt tegen chemische en biologische aantastingen. Als de slak sterft, slijt het periostracum er vaak af en verkleurt het calciumcarbonaat van de schelp naar bruingrijs tot blauwzwart. Deze, tot 11 cm hoge, schelpen spoelen vaak op onze stranden aan, hoewel ik nog nooit een volledig ongeschonden exemplaar heb gevonden. Blijkbaar is de schelp toch kwetsbaarder dan hij aanvoelt.
Een wulk leeft zowel van de jacht als van aas, hij heeft een voorkeur voor borstelwormen, zoals de schelpkokerworm, maar eet ook kleine zeedieren, zoals kreeftjes en kokkels. Bij tweekleppigen boort hij een eerst gaatje door de schelp, waarna hij de slak met gif doodt, de schelp opent en de slak eet. Als hij niet jaagt, graaft hij zich in onder het zand. Wulken leven bij voorkeur op zachte modderbodems tot ca 100 m diepte en kunnen wel 20 tot 30 jaar oud worden.
Wulken zijn in tegenstelling tot veel andere slakkensoorten niet tweeslachtig en paren massaal van het late najaar tot het einde van de winter. Tijdens de winter is het zeewater het koudst en daardoor zijn veel roofdieren, zoals krabben en kreeften die de wulkeneieren zouden kunnen eten, het passiefst. Tijdens de winter verstoppen deze roofdieren zich in de bodem of onder stenen en eten vrijwel niets. Het nadeel voor de wulken is echter wel dat de ontwikkeling van hun eieren tijdens de winter ook langzamer gaat, maar blijkbaar pakt de keuze voor een langzamere ontwikkeling maar goede bescherming tegen roofdieren positief uit voor de wulken. Ze zetten hun vele eieren af in vuistgrote bundels hoornachtige eikapsels, die als de slakjes ze hebben verlaten, regelmatig leeg op het strand aanspoelen.
Klik hier voor meer foto’s van schelpen.
Lees ook: Wulkeneieren, De heremietkreeft, Sinister, Schelpje op een sokkeltje van zand, Raups Shell Coiling Model, Parende segrijnslakken dansen wang aan wang (Cornu aspersum) en Eikapsel van een gevlekte rog (Raja montagui).
Geen reacties
Reageer: