strand 2-2015 4887Elke golf die het strand oprolt, borrelt van energie. Zo’n golf knabbelt aan het strand en beweegt met horten en stoten. Telkens wordt een nieuw stukje land veroverd. Elke golf kruipt daarbij over zichzelf om vooruit te komen. Alsof hij een nieuw stuk zand pas kan veroveren als hij zichzelf eerst voldoende heeft opgebouwd, zie je hem steeds tegen een onzichtbare barrière aanlopen en daarna een kort sprintje trekken. Hapje voor hapje, trekt een golf zichzelf aan zijn tanden het strand op.

 

Tot hij te ver is gegaan en zijn energie is opgebrand. Elke golf vloeit terug in zee, maar ditmaal is hij één en al passiviteit. Met een vloeiende zucht trekt de golf zich terug en zakt het overtollige water in het zand.

 

Lees ook Eén ademteug per etmaal, De wind in de metro, Vroege herinnering en Ochtendadem.