Tapuiten zijn in Nederland zeldzaam aan het worden. Ze houden van schaars begroeide gronden waar ze insecten, spinnen, wormen en larven vangen en in lege konijnenholen broeden. Er zijn in ons land steeds minder van dat soort schrale plaatsen en buiten wat kustgebieden en enkele droge stuifgronden kom je tapuiten bijna niet meer tegen. Zelfs op Schiermonnikoog is de kans groot dat de tapuiten die je er ziet uit Scandinavië of Groenland komen en op doortrek zijn naar Afrika.
Van april tot mei vind je ze op Schiermonnikoog soms op de kort geschoren grasvelden langs de dijken. Omdat tapuiten teer zijn gebouwd, kunnen ze met hun ranke zwarte pootjes in hoger gras niet goed uit de voeten en zijn ze dus één van de weinige vogels die profiteren van onze neiging om alles kort te maaien.
De vrouwtjes missen het zwarte masker met kenmerkende witte wenkbrauwstreep van de mannetjes en zijn in het algemeen wat grijsbruiner. De borst van de mannetjes kan tussen geelwit en oranjebeige variëren.
Lees ook: Kievitten op Schiermonnikoog (Vanellus vanellus), Fazant (Phasianus colchicus), De laatste konijnen van Schiermonnikoog (Oryctolagus cuniculus) en Zilvermeeuw (Larus argentatus).
Geen reacties
Reageer