Tijdens mijn wandelingen in het bos of in het veld kom ik regelmatig korstmos met een rood kopje tegen. Ik ging er altijd van uit dat dat Rood bekermos (Cladonia coccifera) was. Pas toen ik een aantal close-up foto’s vergeleek, zag ik dat er verschillende soorten bestaan, die uiterlijk behoorlijk op elkaar lijken. Sommige hebben brede bekertjes, vertakte stammen of ander gekleurde grondbladeren. In Nederland hebben we Cladonia –coccifera, -pyxidata, -pleurota, -deformis, -macilenta, -polydactyla, -coniocrea en Cladonia floerkeana, alle hebben ze min of meer rode kopjes met een vergelijkbaar uiterlijk. Om de determinatie nog verder te bemoeilijken, groeien ze vaak ook nog eens door elkaar. Alleen door ze heel goed te vergelijken of ze met een kleurreagens te behandelen kun je ze exact op naam brengen.
Het Rode bekermos is het algemeenst van deze rode korstmossen maar de iets schaarsere Rode heidelucifer (Cladonia floerkeana) kun je ook regelmatig tegen komen. Deze Cladonia-soort wordt 1 à 2,5 cm hoog, is meestal onvertakt (behalve aan de top) en heeft een grijsgroene korrelige structuur met een felrood kopje bovenop. Ze leven bij voorkeur op losse, zure en goed gedraineerde bodems met een hoog humusgehalte. Je vindt ze op bos, zand of heidegrond of op goed belicht schors van berken, dennen en zomereiken. Je ziet ze ook nog wel eens op oude rieten daken, houten palen of boomstronken. Deze Rode heidelucifer is gefotografeerd op de Utrechtse heuvelrug bij het Leersumse veld.
Geen reacties
Reageer: