Terwijl ik van mijn werk naar huis loop zie ik een klein meisje dat haar vader bij de hand heeft. Zij loopt aan één stuk tegen hem te kletsen. De vader heeft blijkbaar haast want hij loopt sneller dan het meisje, om de paar passen moet ze een klein sprongetje maken om hem bij te houden. Ze lijkt het niet erg te vinden. De vader heeft in zijn andere hand een mobieltje. De duim van zijn rechterhand vliegt over het schermpje.  Af en toe kijkt hij even op om te zien waar hij loopt.

 

Iedereen kent de afweging tussen dringend en belangrijk. Belangrijke zaken kun je vaak nog wel plannen, dringende zaken komen echter altijd ongelegen, ze dringen voor. Helaas betekent dat wel dat we bijna fulltime  met dringende zaken bezig zijn en dat de belangrijke steeds vaker blijven liggen. Als je vandaag de dag wilt dat iemand ergens aandacht aan besteed moet je het dringend maken. Zet er een deadline op, zorg dat het voorrang krijgt.

 

Hoewel het altijd al moeilijk is geweest om goed prioriteiten te stellen, maakt veel nieuwe techniek het er niet makkelijker op. Alles schreeuwt om directe respons. Een mail wordt binnen het uur beantwoord, een  brief pas na een maand. Met zo veel dingen die om aandacht schreeuwen lijken we soms te vergeten wat belangrijk is. We stellen geen prioriteiten meer maar reageren, direct en onbewust, op een prikkel die in plaats van via onze hersenen via ons ruggenmerg loopt. Een onwillekeurige beweging die dringend boven belangrijk plaatst.