De Groene Jonker is een echt vogelparadijs, er vliegen ’s morgens vroeg wulpen en ganzen over en tussen het riet zitten rietzangers en putters. Op het water drijven eenden, ganzen, meerkoeten en zwanen. De laatste keer dat ik er was, stonden aan de rand van het water ook nog reigers en een paar lepelaars. Deze lepelaars waren echter erg schichtig, toen ik aan kwam lopen vlogen ze meteen op. Maar in plaats van weg te vliegen, draaiden ze eerst nog een paar rondjes boven mijn hoofd. Terwijl ze zo overvlogen zag ik dat één van hen iets in zijn bek had, het ging allemaal echter te vlug om goed te zien wat dat was, ik wist echter nog net snel wat foto’s te maken. Ik zag thuis pas dat het een flinke vis betrof. Het formaat daarvan en dat hij hem met zich mee de lucht in nam, verbaasde me. Ik dacht dat ze alleen klein grut zoals waterinsecten, garnalen, visjes en kleine amfibieën aten, niet iets dat veel groter is dan een jonge platvis, grondel of stekelbaars. Maar het blijkt dat ze net als reigers veel grotere prooien aankunnen en regelmatig ook een flinke vis verschalken. Omdat garnalen en insecten, in relatie tot de beter verteerbare vissen, meer restanten in de braakballen achterlaten, dacht men vroeger dat zij de voornaamste voedselbron van lepelaars waren. Recent onderzoek toonde echter aan dat ca. 60% van hun dieet uit vis bestaat.
Lees ook: Lepelaars in de bomen (Platalea leucordia), Afikaanse lepelaars (Platalea alba) en Waarom vogels met lange poten vaak op één poot staan.
Geen reacties
Reageer