Doodverf is een oude benaming voor een grondverf die men op schilderijen gebruikte. Men bedekte de grondschildering, een ruwe opzet van de afbeelding die meestal in gebrande sienna werd geschilderd met een transparante laag witte verf, de doodverf. Door deze transparante laag heen kon men de ruwe voorstelling nog zien schemeren. De afbeelding werd daarna met meerdere lagen transparante verf afgewerkt. Doodverven betekende dus oorspronkelijk het verdoezelen van een ruwe afbeelding. Maar omdat men door deze laag de uiteindelijke afbeelding al kon zien kreeg het de figuurlijke betekenis van ‘in ruwe vorm schetsen’ en later van ‘voorbestemmen’. Als iemand is gedoodverfd om te winnen dan is hij daarvoor voorbestemd, hij is dan de absolute favoriet voor de overwinning.