Dit bericht is het vervolg op een eerder bericht over de metamorfose van een lieveheersbeestje. Lees eerst: De metamorfose van een lieveheersbeestje: van larve naar pop (harmonia axyridis).
Nadat een lieveheersbeestje binnen ongeveer twee weken zijn volledige interne organen tijdens het popstadium heeft gereorganiseerd, barst deze pop open. Binnen de pop-huid bevindt zich het zachte, maar volgroeide en volledig ontwikkelde lieveheersbeestje. Deze zit echter gevangen in de droge taaie huid die hem tijdens zijn popstadium heeft beschermd. Vlak voor het openbreken beweegt de pop zich regelmatig op en neer, alsof hij zich klaarmaakt voor een laatste krachttoer. Net als tijdens zijn transformatie van larve tot pop, breekt de pop-huid hiervoor open, vrijwel op dezelfde plaatsen als voorheen de larvehuid openbrak. Deze operatie kan gemakkelijk een uur in beslag nemen.
Beetje voor beetje bevrijdt het lieveheersbeestje zich uit zijn sarcofaag. Zodra hij zijn voorste pootjes vrij heeft zal hij zich daarmee verder naar buiten trekken. Ook de aan de binnenkant met chitine beklede huid van de adembuisjes (tracheeën) die hij als pop had, moet hij daarbij uit zijn lijf lostrekken. Je ziet ze als dunne witte draden nog aan zijn oude pop-huid hangen. Direct na het uitsluipen is de volwassen kever (imago) nog overwegend geel. Zijn kop en borststuk hebben wel kleur, maar zijn dekschilden hebben enkele uren tot dagen nodig om helemaal uit te harden en op kleur te komen. De geeloranje kleuren van de kever worden veroorzaakt door caroteen en de zwarte door melanine.
Het lieveheersbeestje zal, zo snel mogelijk na het uitsluipen, zijn vleugels laten drogen. Hiervoor kruipt hij verticaal tegen een blad of stengel omhoog en laat zijn opgepropte vleugels als natte was onder zijn dekschilden vandaan zakken. Langzaam vult hij de aderen van zijn vleugels met zijn (gele) bloed, totdat ze volledig zijn uitgestrekt en ze kunnen drogen. Deze vleugels zijn ongeveer twee keer zo lang als zijn dekschilden. Daarna vouwt hij ze als gordijnen op en haalt ze weer veilig omhoog onder zijn schild. Pas als zijn schild en vleugels hard zijn, gaat hij op zoek naar eten. Als volwassen kever is hij daarin nog net zo gulzig als hij was als larve.
Na zich gedurende de zomer te hebben volgevreten zal de kever ergens een overwinteringsplaats uitzoeken. In het opvolgende voorjaar zoeken de lieveheersbeestjes elkaar op om te paren.
Lees ook: De metamorfose van een lieveheersbeestje: van larve naar pop (harmonia axyridis) en Vervellende lieveheersbeestjeslarve.
Geen reacties
Reageer